Paard inrijden
Een paard inrijden is een belangrijke fase. Tegelijkertijd is het ook een lastige fase. Het is belangrijk dat het inrijden van het paard veilig gebeurt. Hoe dit traject verloopt heeft zowel grote invloed op het verdere leven van het paard maar ook op de toekomst van paard en ruiter als combinatie. Wanneer je hier geen of weinig ervaring mee dan is het aan te raden een professionele paardencoach of paardentrainer in te schakelen.
De fases hierna beschreven zijn een richtlijn en staan niet vast. Ieder paard is anders. We kijken op ieder moment wat een paard nodig heeft. In dit hele proces is het onze taak de grenzen van het paard te herkennen en hier gehoor aan te geven. We nemen dan ook continu de signalen van het paard waar.
Bouw vertrouwen en een band op met jouw paard
Een goede relatie en vertrouwen tussen jou en je paard zijn essentieel voor een succesvolle training.
De eerste periode werken we los in de roundpen of aan een halster met een longeerlijn. Tijdens deze fase gaat het om het contact maken met het paard. Dit doen wij d.m.v. lichaamstaal. Je zou het kunnen vergelijken met de manier waarop paarden in de kudde de hiërarchie bepalen. We gaan ‘het spel’ aan om leiderschap voor ons te winnen en daarmee ook het vertrouwen van het paard. Wanneer zij ons als leidend zien, kunnen zij ons vertrouwen en gaan ontspannen. Pas wanneer een paard zich veilig voelt en ontspant kan hij gaan ontdekken en leren. Voordat we verder gaan met de training is het noodzakelijk goed op elkaar afgestemd te zijn en contact te kunnen maken/ behouden met het paard. Vanuit hier ga je een band opbouwen.
Gewenning aan uitrusting door het paard
Het paard moet wennen aan de uitrusting die tijdens het rijden wordt gebruikt, zoals het zadel, hoofdstel en singel. Als je paard al beleerd is en reeds kennis heeft gemaakt met deze hulpmiddelen kunnen we deze fase verkorten of wellicht zelfs overslaan. Als hier sprake is van vervelende ervaringen en spanningen dan maken we hem hier vertrouwd mee. Als het paard volledig ontspannen is tijdens het opzadelen gaan we door naar de volgende stap.
Begin met grondwerk
Grondwerk vormt een solide basis voor het inrijden. Leer het paard om te reageren op stemgeluid en lichaamstaal. Tijdens het grondwerk is het belangrijk om je te alle tijden bewust te zijn van je lichaamstaal. Dit heeft grote invloed op jullie samenwerking. Verdiep je daarnaast ook in de taal van het paard zodat je kunt zien wanneer een paard gespannen raakt of juist ontspannen is.
Wij leren het paard aan de longe voorwaarts naar de hand te komen. Op deze manier went hij aan verbinding op de lijn en kan hij gemakkelijker ontspannen in zijn lijf. We creëren de juiste houding in het lichaam van het paard zodat hij kan blijven ontspannen. In het longeren blijven we veel afwisselen met andere grondwerk oefeningen.
Wordt het paard met longeren stabiel dan starten we met de dubbele lijnen. Om te beginnen laten we het paard wennen aan de lijnen achter en om zijn billen. Wanneer hij hier geen spanning van opbouwt, plaatsen we hem tussen de lijnen. Veel paarden vinden het fijn en ontspannen gemakkelijk. We maken overgangen naar halt, vragen soms een pas achterwaarts en maken wendingen.
In- hand, meestal de laatste stap voor het opstappen. In deze zoeken we een verfijnde afstemming op met het paard. We lopen zowel links als rechts van het paard en vragen hem oefeningen te doen zoals, halt, pas achterwaarts, voorwaarts, wending om de voorhand. Als de juiste afstemming er is en het paard ontspannen blijft, stappen we op.
Opstappen op paard
Wij vinden het uiterst belangrijk dat je veilig op het paard kan stappen en dat het paard geen stress ervaart rondom het opstappen. We doen dit in een rijbaan of roundpen met goede omheining. We stappen op met een kruk en alleen, zonder dat iemand anders hem vast houdt. Het opstappen brengt veel verschillende handelingen met zich mee in een kort tijdsbestek waardoor veel paarden stress opbouwen. Tussendoor helpen we het paard deze spanningen af te laten vloeien. Zo kan de spanning zich niet ophopen. Bij nog onbeleerde paarden gaan we eerst hangen over de rug. Bouwt hij geen spanning bij op, gaan we in het zadel zitten.
Het rijden
We starten met korte sessies zodat het paard kan wennen aan het gewicht van de ruiter en de beweging in het zadel. Deze fase doen wij altijd met z'n tweeën. Eén persoon in het zadel en de ander begeleidt het paard vanaf de grond. De aanwijzingen vanaf de grond is het paard gewend dit geeft duidelijkheid en rust. Stap voor stap gaat de ruiter de rijhulpen introduceren. De bouwen de geleidelijk aan op naar langere ritten en nieuwe hulpen.
* In dit gehele proces is het onze taak de grenzen van het paard te herkennen en hieraan gehoor te geven. We nemen continu de signalen van het paard waar om hevige reacties te voorkomen.
Geduld, consistentie en zorgvuldigheid
Het inrijden van een paard vereist geduld, consistentie en zorgvuldigheid van de ruiter. Door vertrouwen op te bouwen, grondwerk te doen en aandacht te houden voor de ontspanning tijdens dit proces, kun je een stevige basis leggen voor de toekomst van jouw paard en jullie samenwerking.
Hoe nu verder? Heb je interesse en wil je in alle rust jouw situatie met ons bespreken?
In het kennismakingsgesprek denkt Tessa een half uur met je mee. Onze ervaring is dat we dan de kern op helder krijgen. De kennismaking is telefonisch en gratis.